Uitleg footer altijd onderaan venster of lager ('sticky footer')
Laatst aangepast: .

Korte omschrijving
De footer (het blauwe deel) staat altijd onderaan het venster van de browser. Als de pagina hoger is dan het venster van de browser, schuift de footer mee omlaag en blijft onderaan de pagina staan.
BELANGRIJK
Deze uitleg hoort bij het voorbeeld dat in de download zit. Het voorbeeld uit de download verschilt iets van het voorbeeld hier op de site. In de download ontbreekt bijvoorbeeld de navigatie voor de site. Ook in de kopregels zit vaak wat verschil. Daarnaast kunnen er nog andere (meestal kleine) verschillen zijn.
Als je deze uitleg leest naast de broncode van het voorbeeld op de site, kan het dus bijvoorbeeld zijn dat 'n <h1> uit de css bij 'n <h2> uit de html hoort. Maar het gaat niet om hele grote, fundamentele afwijkingen.
Als je dit lastig vindt, kun je bovenaan de pagina de hele handel downloaden. In de download zit 'n voorbeeld dat wel naadloos aansluit op de uitleg in de download.
Alles op deze site kan vrij worden gebruikt, met drie beperkingen:
* Je gebruikt het materiaal op deze site volledig op eigen risico. Het kan prima zijn dat er fouten in de hier verstrekte info zitten. Voor eventuele schade die door gebruik van materiaal van deze site ontstaat, in welke vorm dan ook, zijn www.css-voorbeelden.nl en medewerkers daarvan op geen enkele manier verantwoordelijk.
* Deze uitleg wordt regelmatig bijgewerkt. Het is daarom niet toegestaan deze uitleg op welke manier dan ook te verspreiden, zonder daarbij duidelijk te vermelden dat de uitleg afkomstig is van www.css-voorbeelden.nl en dat daar altijd de nieuwste versie is te vinden. Dit is om te voorkomen dat er verouderde versies worden verspreid.
* Het kan zijn dat materiaal is gebruikt dat van anderen afkomstig is. Dat materiaal kan onder een bepaalde licentie vallen, waardoor het mogelijk niet onbeperkt gebruikt mag worden. Als dat zo is, wordt dat vermeld onder Inhoud van de download en licenties.
Een link naar www.css-voorbeelden.nl wordt trouwens altijd op prijs gesteld.
Alle code is geschreven in een afwijkende
lettersoort en -kleur. De code die te maken heeft met de basis van dit voorbeeld (essentiële code), is in de hele uitleg onderstippeld blauw
. Alle niet-essentiële code is bruin
. (In de inhoudsopgave staat alles vanwege de leesbaarheid in een gewone letter.)
Opmerkingen
Links in deze uitleg, vooral links naar andere sites, kunnen verouderd zijn. Op de pagina met links vind je steeds de meest recente links.
Dit voorbeeld is gemaakt op een systeem met Linux (Kubuntu). Daarbij is vooral gebruik gemaakt van Visual Studio Code, GIMP en Firefox met extensies. De pdf-bestanden zijn gemaakt met LibreOffice.
Vragen of opmerkingen? Fout gevonden? Ga naar het forum.
Achterliggend idee
Een footer altijd aan de onderkant van het venster van de browser houden was tot voor kort lastiger, dan je in eerste instantie zou denken. Je kon de footer wel redelijk simpel vastzetten aan de onderkant van het venster van de browser. Maar dan bleef die daar ook staan, als de pagina hoger was dan het venster van de browser. Terwijl de footer dan niet ijzerenheinig onderaan het venster van de browser moest blijven staan, maar naar de onderkant van de pagina moest schuiven.
Je kon de footer gewoon onderaan de pagina zetten. Maar dan stond de footer te hoog, als de pagina niet 'n heel browservenster vulde.
Tot voor kort kon je dit alleen oplossen door een constructie met iets als een extra div, die minimaal even hoog als het browservenster was. Als de pagina hoger was dan het venster, groeide zo'n <div> mee. De footer werd dan absoluut gepositioneerd aan de onderkant van de extra <div>.
Dit werkte vrij goed, maar er was één nadeel: de footer dekte het deel erboven af. Daarom moest de footer een vaste hoogte krijgen, en het deel erboven moest een marge krijgen die even groot was als die hoogte. Of een soortgelijke oplossing. Als de inhoud van de footer veranderde, moesten hoogte en marge worden aangepast.
Speciaal om dit soort problemen op te lossen is een aantal nieuwe eigenschappen ontwikkeld. Eén van die eigenschappen is flexbox. Eigenlijk een serie eigenschappen, want flexbox is een verzamelnaam voor een aantal eigenschappen.
Net als vroeger worden <html> en <body> weer even hoog als het browservenster gemaakt.
Met behulp van display: flex;
wordt van <body> een zogenaamde 'flex container' gemaakt: een element dat één of meer 'flex items' kan bevatten. Alleen de directe kinderen van een flex container zijn flex items. In dit voorbeeld heeft <body> maar twee directe kinderen: <main> en <footer>. Alleen <main> en <footer> zijn dus flex items. De kinderen van <main> en <footer> zijn geen flex items, maar doodnormale elementen.
Flexbox bevat een hele serie eigenschappen, waarmee flex items op allerlei manieren neergezet kunnen worden. Bovendien kan dat ook nog heel flexibel (het heet niet voor niets 'flex'-box).
Standaard worden flex items als kolommen weergegeven: naast elkaar. Hier is dat met flex-direction: column;
veranderd in weergave onder elkaar, als regels.
<body> heeft twee kinderen: <footer> en <main>.
Met de eigenschap flex: 1 0 auto;
bij <main> wordt alle ruimte binnen flex container <body> aan <main> gegeven, behalve de ruimte die nodig is voor de footer. En omdat <body> even hoog is als het venster van de browser, wordt de footer als het ware omlaag geduwd naar de onderkant van het venster. Ongeacht hoe hoog het venster is, of hoeveel inhoud er in <main> of <footer> zit.
Als de pagina hoger is dan het browservenster, wordt <body> gewoon hoger, net als altijd. Maar de footer blijft altijd netjes onderaan de pagina staan.
<footer> wordt nooit kleiner dan nodig is, om de inhoud ervan weer te kunnen geven. Als er meer tekst in komt te staan, of een grotere letter, wordt <footer> automatisch hoger. En wordt <main> dus automatisch wat kleiner. Als de pagina hoger is dan het venster van de browser, wordt <footer> naar onderen toe hoger, als de inhoud er niet meer in past. Het gedoe met een vaste hoogte bij de footer en een marge of zoiets bij het element erboven is niet meer nodig.
Flexbox heeft een heel scala aan eigenschappen, waarmee op een simpele manier dingen kunt doen, die vroeger niet mogelijk of heel ingewikkeld waren. Inmiddels is voor de meeste eigenschappen van flexbox de ondersteuning in browsers goed genoeg om het te kunnen gebruiken.
Semantische elementen
De meeste elementen die in html worden gebruikt, hebben een semantische betekenis. Dat wil zeggen dat je aan de gebruikte tag al (enigszins) kunt zien, wat voor soort inhoud er in het element staat. In een <h1> staat een belangrijke kop. In een <h2> staat een iets minder belangrijke kop. In een <p> staat een alinea. In een <table> staat een tabel (en geen lay-out, als het goed is!). Enzovoort.
Door het op de goede manier gebruiken van semantische elementen, kunnen zoekmachines, schermlezers, enzovoort de structuur van een pagina begrijpen. De spider van een zoekmachine is redelijk te vergelijken met een blinde. Het is dus ook in je eigen belang om semantische elementen zo goed mogelijk te gebruiken. Een site die toegankelijk is voor mensen met een handicap, is in de regel ook goed te verwerken door een zoekmachine en maakt dus een grotere kans gevonden en bezocht te worden.
Als het goed is, wordt het uiterlijk van de pagina bepaald met behulp van css. Het uiterlijk staat hierdoor (vrijwel) los van de semantische inhoud van de pagina. Met behulp van css kun je een <h1> heel klein weergeven en een <h6> heel groot, terwijl schermlezers, zoekmachines, en dergelijke nog steeds weten dat de <h1> een belangrijke kop is.
Slechts enkele elementen, zoals <div> en <span>, hebben geen semantische betekenis. Daardoor zijn deze elementen uitstekend geschikt om met behulp van css het uiterlijk van de pagina aan te passen: de semantische betekenis verandert niet, maar het uiterlijk wel. Voor een schermlezer of zoekmachine verandert er (vrijwel) niets, voor de gemiddelde bezoeker krijgt het door de css een heel ander uiterlijk.
(De derde laag, naast html voor de inhoud en css voor het uiterlijk, is JavaScript. Die zorgt voor de interactie tussen site en bezoeker. De min of meer strikte scheiding tussen css en html aan de ene kant en JavaScript aan de andere kant is met de komst van css3 en html5 veel vager geworden. Je kunt nu bijvoorbeeld ook met css dingen langzaam verplaatsen en met html deels de invoer in formulieren controleren.)
Html5 heeft een aantal nieuwe elementen, die speciaal zijn bedoeld om de opbouw van een pagina aan te geven. In dit voorbeeld worden hiervan <main> en <footer> gebruikt. Beide gedragen zich als een gewone <div>, maar dan een <div> met een semantische betekenis. Hierdoor kunnen schermlezers, zoekmachines, en dergelijke beter zien, hoe de pagina is samengesteld.
<main>
Hierbinnen staat de belangrijkste inhoud van de pagina (in dit voorbeeld is dat voornamelijk Latijnse onzintekst).
<footer>
Bedoeld om een footer in te zetten.
Een <footer> mag vaker op één pagina worden gebruikt. De <footer> hoort altijd bij het element, waar de <footer> in staat. In dit voorbeeld wordt maar één <footer> gebruikt, waarvan de ouder <body> is. Die <footer> is dus de <footer> voor <body>, voor de hele pagina.
Met behulp van dit soort nieuwe semantische elementen kan bijvoorbeeld een schermlezer in één keer een heel menu passeren en gelijk naar de echte inhoud gaan. Alleen hadden deze nieuwe elementen tot voor kort één probleem: ze hadden in de praktijk nog weinig nut, omdat schermlezers en dergelijke ze nog niet herkenden. Daarom werd een zogenaamde WAI-ARIA-code toegevoegd aan deze elementen. Dat is een al veel langer bestaande code, die schermlezers en dergelijke wel herkennen. Voor <main> ziet dat er zo uit:
<main role="main">
Inmiddels is dit behoorlijk veranderd. Het advies is nu om deze speciale toevoeging niet meer te gebruiken, omdat de meeste schermlezers en dergelijke dit soort nieuwe elementen inmiddels herkennen.
De code aanpassen aan je eigen ontwerp
- Als je dit voorbeeld gaat aanpassen voor je eigen site, houd het dan in eerste instantie zo eenvoudig mogelijk. Ga vooral geen details invullen.
-
Gebruik vooral geen FrontPage, Publisher of Word (alle drie van Microsoft). Deze programma's maken niet-standaard code die alleen goed te bekijken is in Internet Explorer. In alle andere browsers zie je grotendeels bagger, áls je al iets ziet.
Publisher en Word zijn niet bedoeld om websites mee te maken. FrontPage is zwaar verouderd en wordt niet meer onderhouden door Microsoft.
Ook OpenOffice en LibreOffice leveren een uiterst beroerd soort html af. Tekstverwerkers met al hun toeters en bellen zijn gewoon niet geschikt om websites mee te bouwen.
Je kunt natuurlijk ook een goed gratis programma gebruiken. Links naar dat soort programma's vind je op de pagina met links onder Gereedschap → wysiwyg-editor.
Maar het allerbeste is om gewoon zelf html, css, enzovoort te leren, omdat zelfs het allerbeste programma het nog steeds zwaar verliest van 'n op de juiste manier met de hand gemaakte pagina.
-
Als je in een desktopbrowser met behulp van zoomen het beeld vergroot, heeft dit hetzelfde effect, als wanneer de pagina in een kleiner browservenster wordt getoond. Je kunt hiermee dus kleinere apparaten zoals een tablet of een smartphone simuleren. Maar het blijft natuurlijk wel een simulatie: het is nooit hetzelfde als testen op een écht apparaat. Zo kun je bijvoorbeeld aanrakingen alleen echt testen op een echt touchscreen.
Inmiddels hebben veel browsers mogelijkheden voor het simuleren van weergave op een kleiner scherm in de ontwikkelgereedschappen ingebouwd. Ook dit blijft een simulatie, maar geeft vaak wel een beter beeld dan zoomen.
-
Ik maak zelf het liefst een site in Firefox. Als je 'n site maakt in Firefox, Opera, Safari, Google Chrome of Edge, is er 'n hele grote kans dat hij in alle browsers werkt. Ik geef de voorkeur aan Firefox, omdat het de enige grote browser is die niet bij een bedrijf hoort dat vooral op je centen of je data uit is.
Google Chrome wordt ook door veel mensen gebruikt, maar ik heb dus wat moeite met hoe Google je hele surfgedrag, je schoenmaat en de kleur van je onderbroek vastlegt. Daarom gebruik ik Google Chrome zelf alleen om in te testen.
-
Het allereerste dat je moet invoeren, is het doctype, vóór welke andere code dan ook. Een lay-out met een missend of onvolledig doctype ziet er totaal anders uit dan een lay-out met een geldig doctype. Wát er anders is, verschilt ook nog 'ns tussen de diverse browsers. Als je klaar bent en dan nog 'ns 'n doctype gaat invoeren, weet je vrijwel zeker dat je van voren af aan kunt beginnen met de lay-out.
Geldige doctypes vind je op www.w3.org/QA/2002/04/valid-dtd-list.
Gebruik het volledige doctype, inclusief de eventuele url, anders werkt het niet goed.
-
Gebruik een 'strict' doctype of (beter!) het doctype voor html5. Deze zijn bedoeld voor nieuwe sites. Het transitional doctype is bedoeld voor al bestaande sites, niet voor nieuwe.
Het transitional doctype staat talloze tags toe, die in html5 zijn verboden. Deze tags worden al zo'n tien jaar afgeraden. Het transitional doctype is echt alleen bedoeld om de puinhoop van vroeger, toen niet volgens standaarden werd gewerkt, enigszins te herstellen.
Het strict doctype staat verouderde tags niet toe. Daardoor kan met 'n strict doctype, of het nu html of xhtml is, probleemloos worden overgestapt naar html5. Met een transitional doctype en het gebruik van afgekeurde tags kun je niet overstappen naar html5. Je moet dan eerst alle verouderde tags verwijderen, wat echt ontzettend veel werk kan zijn.
Het doctype voor html5 is uiterst simpel:
<!DOCTYPE html>
. Omdat het doctype voor html5 in alle browsers werkt, zelfs in de gelukkig vrijwel uitgestorven nachtmerrie Internet Explorer 6, is er geen enkele reden dit uiterst simpele doctype niet te gebruiken. - Als tweede voer je de charset in. Dit vertelt de browser, welke tekenset er gebruikt moet worden, zodat letters met accenten en dergelijke overal goed worden weergegeven. Het beste kun je utf-8 nemen. Als je later van charset verandert, loop je 'n grote kans dat je alle aparte tekens als letters met accenten weer opnieuw moet gaan invoeren. In html5 is het simpele
<meta charset="utf-8">
voldoende. - Test vanaf het allereerste begin in zoveel mogelijk verschillende browsers in 'n aantal resoluties (schermgroottes). Onder het kopje Getest in kun je in deze uitleg vinden, waar dit voorbeeld in is getest. Ook van Internet Explorer kun je meerdere versies naast elkaar draaien. Op de pagina met links staan onder het kopjes Gereedschap → Weergave en dergelijke testen 'n aantal links die daarbij kunnen helpen. De compatibiliteitsweergave in Internet Explorer is niet geschikt om in te testen, omdat deze enigszins verschilt van de weergave in échte browsers.
- Voor alle voorbeelden geldt: breng veranderingen stapsgewijs aan. Als je bijvoorbeeld foto's wilt laten weergeven, begin dan met het alleen veranderen van de namen van de foto's, zodat je eigen foto's worden weergegeven. Maakt niet uit als de maten niet kloppen en de teksten fout zijn. Als dat werkt, ga dan bijvoorbeeld de maten aanpassen. Dan de teksten. En controleer steeds, of alles nog goed werkt.
- Als het om een lay-out of iets dergelijks gaat: zorg eerst dat header, kolommen, footer, menu, en dergelijke staan en bewegen, zoals je wilt. Ga daarna pas details binnen die blokken invullen. In eerste instantie gebruik je dus bijvoorbeeld 'n leeg blok op de plaats, waar uiteindelijk het menu komt te staan.
-
Als je begint met allerlei details, is er 'n heel grote kans dat die de werking van de blokken gaan verstoren. Bouw eerst het huis, en ga dan pas de kamers inrichten. Zorg eerst dat de blokken werken, zoals je wilt. Dan zul je het daarna gelijk merken, als 'n toegevoegd detail als tekst of 'n afbeelding iets gaat verstoren. Daarvoor moet je natuurlijk wel regelmatig controleren in verschillende browsers, of alles nog wel goed werkt.
Je kunt de blokken tijdens het aanpassen opvullen met bijvoorbeeld <br>1<br>2<br>3 enzovoort, tot ze de juiste hoogte hebben. Het is handig om aan het einde even iets toe te voegen als 'laatste', zodat je zeker weet dat er niet ongemerkt drie regels onderaan naar 't virtuele walhalla zijn verhuisd.
Om de breedte te vullen, kun je het best 'n kort woord als 'huis' duizend keer of zo herhalen. Ook hier is het handig om aan 't eind (en hier ook aan 't begin) 'n herkenningsteken te maken, zodat je zeker weet dat je de hele tekst ziet.
- Zolang je in grotere dingen zoals 'n lay-out aan 't wijzigen bent, zou ik je aanraden de verschillende delen een achtergrondkleur te geven. Je ziet dan goed, waar 'n deel precies staat. Een achtergrondkleur heeft – anders dan bijvoorbeeld een border – verder geen invloed op de lay-out, dus die is hier heel geschikt voor.
- Als je instellingen verandert in de style, verander er dan maar één, hooguit twee tegelijk. Als je er zeventien tegelijk verandert, is de kans groot dat je niet meer weet, wat je hebt gedaan. En dat je 't dus niet meer terug kunt draaien.
-
margin
,padding
enborder
worden bij de hoogte en breedte van het element opgeteld. Hier worden vaak fouten mee gemaakt. Als je bijvoorbeeld in een lay-out 'n border toevoegt aan een van de 'hoofdvakken' (header, footer, kolommen), dan wordt deze er bij opgeteld. Bij 'n border van 2 px rondom de linkerkolom wordt deze dus plotseling 4 px breder (2 aan beide kanten), en 4 px hoger. Zoiets kan je hele lay-out verstoren, omdat iets net te breed of te hoog wordt. Je moet dan elders iets 4 px kleiner maken. Dat zal vaak zo zijn: als je één maat verandert, zul je vaak ook 'n andere moeten aanpassen.Css geeft de mogelijkheid om met behulp van
box-sizing
de padding en border bínnen de breedte en hoogte van de inhoud te zetten, als je dat handiger vindt.Met nieuwere css-eigenschappen als grid en flexbox, die speciaal zijn gemaakt om een lay-out mee te maken, spelen dit soort problemen veel minder. Maar hier moet je weer goed op de ondersteuning door browsers letten, want niet elke browser ondersteunt al alles van deze eigenschappen, en zeker niet foutloos.
-
In plaats van een absolute eenheid als
px
kun je ook een relatieve eenheid gebruiken, met nameem
enrem
. Voordeel vanem
enrem
is dat een lettergrootte, regelhoogte, en dergelijke inem
enrem
in alle browsers kan worden veranderd. Nadeel is dat het de lay-out sneller kan verstoren dan bijvoorbeeldpx
. Dit moet je gewoon van geval tot geval bekijken. Voor weergave in mobiele apparaten zijn relatieve eenheden alsem
enrem
vrijwel altijd beter dan absolute eenheden alspx
.(De minder bekende
rem
is ongeveer hetzelfde als deem
. Alleen is de lettergrootte bijrem
gebaseerd op de lettergrootte van het <html>-element, waardoor derem
overal op de pagina precies even groot is. Bij deem
kan de lettergrootte worden beïnvloed door de voorouders van het element, bij derem
niet.)Zoomen kan trouwens altijd, ongeacht welke eenheid je gebruikt.
-
Valideren, valideren, valideren en dan voor 't slapen gaan nog 'ns valideren.
Valiwie???
Valideren is het controleren van je html en css op 'n hele serie fouten. Computers zijn daar vaak veel beter in dan mensen. Als je 300 keer <h2> hebt gebruikt en 299 keer </h2> vindt 'n computer die ene missende </h2> zonder enig probleem. Jij ook wel, maar daarna ben je misschien wel aan vakantie toe.
Valideren kan helpen om gekmakende fouten te vinden. Valide code garandeert ook dat de weergave in verschillende browsers (vrijwel) hetzelfde is. En valide code is over twintig jaar ook nog te bekijken.
Valideren moet trouwens ook niet worden overdreven. Het is een hulpmiddel om echte fouten te vinden, meer niet. Het gaat erom dat je site goed werkt, niet dat je het braafste kind van de klas bent. Als de code niet valideert, maar daar is een goede reden voor, is daar niets op tegen. Zeker met nieuwere html en css wil de validator nog wel eens achterlopen, terwijl dat al prima is te gebruiken.
Op deze site is alle css en html gevalideerd. Als de code niet helemaal valide is (wat regelmatig voorkomt), staat daar onder Bekende problemen (en oplossingen) de reden van.
Je kunt je css en html valideren als 't online staat, maar ook als het nog in je computer staat.
Html kun je valideren op: validator.w3.org/nu.
Css kun je valideren op: jigsaw.w3.org/css-validator.
Toegankelijkheid en zoekmachines
De tekst in dit hoofdstukje is een algemene tekst, die voor elke pagina geldt. Eventueel specifiek voor dit voorbeeld geldende problemen en eventuele aanpassingen om die problemen te voorkomen staan bij Bekende problemen (en oplossingen).
Toegankelijkheid (in het Engels 'accessibility') is belangrijk voor bijvoorbeeld blinden die een schermlezer gebruiken, of voor motorisch gehandicapte mensen die moeite hebben met het bedienen van een muis. Een spider van een zoekmachine (dat is het programmaatje dat de site indexeert voor de zoekmachine) is te vergelijken met een blinde. Als je je site goed toegankelijk maakt voor gehandicapten, is dat gelijk goed voor een hogere plaats in een zoekmachine. Dus als je 't niet uit sociale motieven wilt doen, kun je 't uit egoïstische motieven doen.
(Op die plaats in de zoekmachine heb je maar beperkt invloed. De toegankelijkheid van je site is maar één van de factoren, maar zeker niet onbelangrijk.)
Als je bij het maken van je site al rekening houdt met toegankelijkheid, is dat nauwelijks extra werk. 't Is ongeveer te vergelijken met inbraakbescherming: doe dat bij 'n nieuw huis en 't is nauwelijks extra werk, doe 't bij 'n bestaand huis en 't is al snel 'n enorme klus.
Enkele tips die helpen bij toegankelijkheid:
-
Gebruik altijd een alt-beschrijving bij een afbeelding. De alt-tekst wordt gebruikt, als afbeeldingen niet kunnen worden getoond of gezien (dat geldt dus ook voor zoekmachines). Als je iets wilt laten zien, als je over de afbeelding hovert, gebruik daar dan het title-attribuut voor, niet de alt-beschrijving.
Als een afbeelding alleen maar voor de sier wordt gebruikt, zet je daarbij
alt=""
, om aan te geven dat de afbeelding niet belangrijk is voor het begrijpen van de tekst of zo. - Als uit de tekst in een link niet duidelijk wordt, waar de link naartoe leidt, gebruik dan een title bij de link. Een tekst als 'pagina met externe links' is waarschijnlijk duidelijk genoeg, een tekst als alleen 'links' mogelijk niet. Een duidelijke zwart-witregel is niet te geven, omdat dit ook van tekst en dergelijke in de omgeving van de link afhangt.
-
Accesskeys (sneltoetsen) kun je beter niet gebruiken, deze geven te veel problemen, omdat ze vaak dubbelop zijn met sneltoetsen voor de browser of andere al gebruikte sneltoetsen. Bovendien is voor de gebruiker meestal niet duidelijk, welke toetsen het zijn.
Op zichzelf zijn accesskeys een heel goed idee. Maar helaas zijn ze ook in html5 volstrekt onvoldoende gedefinieerd. Er is nog steeds geen standaard voor de meest gebruikelijke accesskeys, zoals Zoek of Home.
Er is nog steeds niet vastgelegd, hoe accesskeys zichtbaar gemaakt kunnen worden. Voor de makers van browsers zou dit 'n relatief kleine moeite zijn, voor de makers van 'n site is het bergen extra werk.
Hierdoor zijn accesskeys (vrijwel) niet te gebruiken. Misschien kunnen ze nog enig nut hebben op sites, die gericht zijn op 'n specifieke groep gebruikers. Maar voor algemene sites is het advies: normaal genomen niet gebruiken.
-
Met behulp van de Tab-toets (of op 'n soortgelijke manier) kun je in de meeste browsers door links, invoervelden, en dergelijke lopen. Elke tab brengt je één link, invoerveld, en dergelijke verder, Shift+Tab één plaats terug. Met behulp van het attribuut
tabindex
kun je de volgorde aangeven, waarin de Tab-toets werkt. Zondertabindex
wordt de volgorde van de html aangehouden bij gebruik van de Tab-toets, maar soms is een andere volgorde logischer.In principe is het beter, als
tabindex
niet nodig is, maar gewoon de volgorde van de html wordt aangehouden. Bij verkeerd gebruik kantabindex
heel verwarrend zijn. Het is niet bedoeld om van de pagina een hindernisbaan voor kangoeroes te maken, waarop van beneden via links over rechts naar boven wordt gesprongen. - Als, zoals hierboven beschreven, een gebruiker van de Tab-toets bij een link, invoerveld, en dergelijke is aangekomen, heeft dit element 'focus'. Dit wordt aangegeven door de link, invoerveld, en dergelijke extra te markeren met een kadertje. Dat kadertje mag je alleen weghalen, als op een andere manier wordt duidelijk gemaakt, welk element focus heeft. Een gebruiker van de Tab-toets kan anders niet zien, waar zij of hij zit, en welk element gaat reageren op bijvoorbeeld een Enter.
- In het verleden werd vaak aangeraden de volgorde van de code aan te passen. Een menu bijvoorbeeld kon in de html onderaan worden gezet, terwijl het op het scherm met behulp van css bovenaan werd gezet. Inmiddels zijn schermlezers en dergelijke zo sterk verbeterd dat dit niet meer wordt aangeraden. De volgorde in de html kan tegenwoordig beter hetzelfde zijn als die op het scherm, omdat het anders juist verwarrend kan werken.
-
Een zogenaamde skip-link is vaak nog wel zinvol. Dat is een link die je buiten het scherm parkeert met behulp van css, zodat hij normaal genomen niet te zien is. Zo'n link is wel gewoon zichtbaar in speciale programma's zoals tekstbrowsers en schermlezers, want die kijken gewoon naar wat er in de broncode staat. (Alleen in de schermlezer TalkBack werkt zo'n buiten het scherm geplaatste link niet. TalkBack leest zo'n link wel voor, maar de link kan niet worden gevolgd, als deze buiten het scherm staat.)
Een skip-link staat bovenaan de pagina, nog boven menu, header, en dergelijke, en linkt naar de eigenlijke inhoud van de pagina. Hierdoor kunnen mensen met één toetsaanslag naar de eigenlijke inhoud van de pagina gaan.
Een skip-link is vooral nuttig voor gebruikers van de Tab-toets. Zodra de normaal genomen onzichtbare link door het indrukken van de Tab-toets focus krijgt, kun je hem op het scherm plaatsen, waardoor hij zichtbaar wordt. Bij een volgende tab wordt hij dan weer buiten het scherm geplaatst en is dus niet meer zichtbaar, zodat de lay-out niet wordt verstoord.
Op pagina's en in voorbeelden waar dat nuttig is, wordt op deze site een skip-link gebruikt. (Althans: nog niet in alle voorbeelden die daarvoor in aanmerking komen, zit een skip-link. Maar geleidelijk aan worden dat er steeds meer.)
-
Van oorsprong is html een taal om wetenschappelijke documenten weer te geven, pas later is hij gebruikt voor lay-out. Maar daar is hij dus eigenlijk nooit voor bedoeld geweest. Het gebruiken van html voor lay-out leidt tot enorme problemen voor gehandicapten en tot een lage plaats in zoekmachines.
De html hoort alleen inhoud te bevatten, lay-out doe je met behulp van css. Die css moet in een externe stylesheet staan of, als hij alleen voor één bepaalde pagina van toepassing is, in de <head> van die pagina.
-
Breng een logische structuur aan in je document. Gebruik een <h1> voor de belangrijkste kop, een <h2> voor een subkop, enzovoort. Schermlezers en dergelijke kunnen van kop naar kop springen. En een zoekmachine gaat ervan uit dat <h1> belangrijke tekst bevat.
Dit geldt voor al dit soort structuurbepalende tags.
Als een <h1> te grote letters geeft, maak daar dan met behulp van je css 'n kleinere letter van, maar blijf die <h1> gewoon gebruiken. Op dezelfde manier kun je al dit soort dingen oplossen.
- <table> is fantastisch, maar alleen als die wordt gebruikt om een echte tabel weer te geven, niet als hij voor opmaak wordt misbruikt. In het verleden is dat op grote schaal gebeurd bij gebrek aan andere mogelijkheden. Een tabel is, als je niet heel erg goed oplet, volstrekt ontoegankelijk voor gehandicapten en zoekmachines. Het lezen van een tabel is ongeveer te vergelijken met het lezen van een krant van links naar rechts: niet per kolom, maar per regel. Dat gaat dus alleen maar goed bij een echte tabel, zoals een spreadsheet. In alle andere gevallen garandeert 'n tabel volstrekte ontoegankelijkheid voor schermlezers en dergelijke en als extra bonus vaak 'n lagere plaats in een zoekmachine.
-
Frames horen bij een volstrekt verouderde techniek, die heel veel nadelen met zich meebrengt. <iframe>'s hebben voor een deel dezelfde nadelen. Eén van die nadelen is dat de verschillende frames voor zoekmachines, schermlezers, en dergelijke als los zand aan elkaar hangen, omdat ze los van elkaar worden weergegeven. Ze staan wel naast elkaar op het scherm, maar er zit intern geen verband tussen.
Als je 'n stuk code vaker wilt gebruiken, zoals 'n menu dat op elke pagina hetzelfde is, voeg dat dan in met PHP. Dan wordt de pagina niet pas in de browser, maar al op de server samengesteld. Hierdoor zien zoekmachines, schermlezers, en dergelijke één pagina, net zoals wanneer je maar één pagina met html zou hebben geschreven.
(Je kunt ook invoegen met behulp van SSI (Server Side Includes). Maar tegenwoordig kun je beter PHP dan SSI gebruiken, omdat SSI min of meer aan het uitsterven is en PHP veel meer mogelijkheden heeft. Op deze site wordt in enkele voorbeelden nog SSI gebruikt, maar zodra die worden bijgewerkt, gaat dat vervangen worden door PHP.)
- Geef de taal van het document aan, en bij woorden en dergelijke die afwijken van die taal de afwijkende taal met behulp van
lang="..."
. Op deze site gebeurt dat maar af en toe, omdat de tekst (en vooral de code) een mengsel is van Engels, Nederlands en eigengemaakte namen. Dat soort teksten is gewoon niet goed in te delen in een taal. Maar bij enigszins 'normale' teksten hoor je een taalwisseling aan te geven. - Gebruik de tag <abbr> bij afkortingen. Doe dat de eerste keer op een pagina samen met de title-eigenschap:
<abbr title="ten opzichte van">t.o.v.</abbr>
. Daarna kun je op dezelfde pagina volstaan met<abbr>t.o.v.</abbr>
. Doe je dit niet, dan is er 'n grote kans dat 'n schermlezer 't.o.v.' uit gaat spreken als 'tof', en 'n zoekmachine kan er ook geen chocola van maken. - Geef een verandering niet alleen door kleur aan. Een grote groep mensen heeft moeite met het onderscheiden van kleuren en/of het herkennen van kleuren. Verander bijvoorbeeld een ronde rode knop niet in een ronde groene knop, maar in een vierkante groene knop. Door ook de vorm te veranderen, is het herkennen van de verandering niet alleen van een kleur afhankelijk.
- Zorg voor voldoende contrast tussen achtergrond- en voorgrondkleur, tussen
background-color
encolor
. Soms zie je heel lichtgrijze tekst op een donkergrijze achtergrond, en dan ook nog in een mini-formaat. Dat is dus voor heel veel mensen stomweg volledig onleesbaar. Een uitstekende online contrastchecker is bijvoorbeeld te vinden op snook.ca. -
De spider van 'n zoekmachine, schermlezers, en dergelijke kunnen geen plaatjes 'lezen'. Het is soms verbazingwekkend om te zien hoe veel, of eigenlijk: hoe weinig tekst er overblijft op een pagina, als de plaatjes worden weggehaald. Hetzelfde geldt voor die fantastisch mooie flash-pagina's, als daarbij geen voorzieningen voor dit soort programma's zijn aangebracht.
Op Linux kun je met Lynx kijken, hoe je pagina eruitziet zonder plaatjes en dergelijke, als echt alleen de tekst overblijft. Een installatie-programma voor Lynx op Windows is te vinden op invisible-island.net/lynx.
Ook kun je in Windows het gratis programma WebbIE installeren. WebbIE laat de pagina zien, zoals een tekstbrowser en dergelijke hem zien. WebbIE is te downloaden vanaf www.webbie.org.uk. (LET OP: kies voor 'Install WebbIE 4 Web Browser Now'. Dat is – op het moment van schrijven – de een na bovenste knop. Als je voor de bovenste download kiest, krijg je 'n hele berg hulpprogramma's erbij, waar je voor het testen niets aan hebt.)
-
Ten slotte kun je je pagina nog online op toegankelijkheid laten controleren op 'n behoorlijk aantal sites, zoals:
lowvision.support Laat zien hoe een kleurenblinde de site ziet. Engelstalig.
wave.webaim.org Deze laat grafisch zien, hoe de toegankelijkheid is. Engelstalig. Deze tester is ook als extensie in Firefox en Google Chrome te installeren.
Op de pagina met links kun je onder Toegankelijkheid links naar meer tests en dergelijke vinden.
Getest in
Laatst gecontroleerd op 19 maart 2018.
Onder dit kopje staat alleen maar, hoe en waarin is getest. Alle eventuele problemen, ook die met betrekking tot zoomen, lettergroottes, toegankelijkheid, uitstaan van JavaScript en/of css, enzovoort staan iets hieronder bij Bekende problemen (en oplossingen). Het is belangrijk dat deel te lezen, want uit een test kan ook prima blijken dat iets totaal niet werkt!
Dit voorbeeld is getest op de volgende systemen:
Desktopcomputers
Windows 7 (1280 x 1024 px, resolution: 96 dpi):
Firefox, UC Browser, Google Chrome, Opera en Internet Explorer 11, in grotere en kleinere browservensters.
OS X 10.11.6 ('El Capitan') (1680 x 1050 px, resolution: 96: dpi, device-pixel-ratio: 1):
Firefox, Safari, Opera en Google Chrome, in grotere en kleinere browservensters.
Linux (Kubuntu 14.04 LTS, 'Trusty Tahr') (1280 x 1024 px, resolution: 96 dpi):
Firefox, Opera en Google Chrome, in grotere en kleinere browservensters.
Laptops
Windows 8.1 (1366 x 768 px, resolution: 96 dpi):
Bureaublad-versie: Firefox, UC Browser, Google Chrome, Opera en Internet Explorer 11, in grotere en kleinere browservensters.
Startscherm-versie: Internet Explorer 11.
Windows 10 (1600 x 900 px, resolution: 96 dpi):
Firefox, UC Browser, Google Chrome, Internet Explorer 11, Opera en Edge, in grotere en kleinere browservensters.
Tablets
iPad met iOS 9.3.5 (1024 x768 px, device-pixel-ratio: 1):
Safari, Chrome for iOS, UC Browser, Firefox (alle portret en landschap).
Opera Mini (Opera Turbo) portret en landschap.
iPad met iOS 11.2.6 (2048 x 1536 px, device-pixel-ratio: 2 ('retina'):
Safari, Chrome for iOS, Firefox (alle portret en landschap).
Opera Mini (Opera Turbo) portret en landschap.
Android 4.4.2 ('Kitkat') (1280 x 800 px, resolution: 96 dpi):
Android browser, UC Browser, Firefox en Chrome (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Android 4.4.2 ('Kitkat') (2560 x 1600 px, resolution: 192 dpi):
Android browser, UC Browser, Firefox en Chrome (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Android 6.0 ('Marshmallow') (1920 x 1200 px, resolution: 144 dpi):
Dolphin, Samsung Internet, UC Browser, Firefox en Chrome (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Android 7.0 ('Nougat') (1920 x 1200 px, resolution: 144 dpi):
Dolphin, Samsung Internet, UC Browser, Firefox en Chrome (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Smartphones
Windows 10 Mobile (1280 x 720 px, resolution: 192 dpi):
Edge en UC browser (portret en landschap).
Android 4.1.2 ('Jelly Bean') (800 x 480 px, resolution: 144 dpi):
Chrome, Android browser, UC Browser en Firefox (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Android 7.0 ('Nougat') (1280 x 720 px, resolution: 192 dpi):
Dolphin, Samsung Internet, UC Browser, Firefox en Chrome (alle portret en landschap).
Opera Mini (besparingen uitgeschakeld) portret en landschap.
Er is op de aan het begin van dit hoofdstukje genoemde controledatum getest in de meest recente versie van de browser, die op het betreffende besturingssysteem kon draaien. Het aantal geteste browsers en systemen is al tamelijk fors, en als ook nog rekening gehouden moet worden met (zwaar) verouderde browsers, is het gewoon niet meer te doen. Surfen met een verouderde browser is trouwens vragen om ellende, want updates van browsers hebben heel vaak met beveiligingsproblemen te maken.
In- en uitzoomen en – voor zover de browser dat kan – een kleinere en grotere letter zijn ook getest. Er is ingezoomd en vergroot tot zover de browser kan, maar niet verder dan 200%.
Er is getest met behulp van muis en toetsenbord, behalve op iOS, Android en Windows 10 Mobile, waar een touchscreen is gebruikt. Op Windows 8.1 en 10 is getest met een touchscreen, met een combinatie van toetsenbord en touchpad, en met een combinatie van toetsenbord en muis.
Als JavaScript is gebruikt, is op de desktop ook getest zonder JavaScript. (Op iOS, Android en Windows 10 Mobile is niet getest zonder JavaScript, omdat je JavaScript in een toenemend aantal mobiele browsers niet uit kunt zetten. Bovendien is een mobiel apparaat zonder JavaScript niet veel meer dan een duur en groot uitgevallen horloge.) Ook is getest zonder css en - als afbeeldingen worden gebruikt - zonder afbeeldingen.
Schermlezers en dergelijke
Naast deze 'gewone' browsers is ook getest in Lynx, WebbIE, NVDA, TalkBack, VoiceOver, ChromeVox en Verteller.
Lynx is een browser die alleen tekst laat zien en geen css gebruikt. Er is getest op Linux.
WebbIE is een browser die gericht is op mensen met een handicap. Er is getest op Windows 7.
NVDA is een schermlezer, zoals die door blinden wordt gebruikt. Er is getest op Windows 7 en Windows 10 in combinatie met Firefox.
TalkBack is een in Android ingebouwde schermlezer. Er is getest in combinatie met Chrome op Android 4.4,2, 6.0 en 7.0.
VoiceOver is een in iOS en OS X ingebouwde schermlezer. Er is getest in combinatie met Safari op iOS (9.3.5 en 11.2.6) en OS X 10.11.6.
ChromeVox is een schermlezer in de vorm van een extensie bij Google Chrome. Er is getest op een systeem met Kubuntu Linux 14.04.
Verteller (Narrator) is een in Windows 10 ingebouwde schermlezer. Er is getest in combinatie met Edge.
Als het voorbeeld in deze programma's toegankelijk is, zou het in principe toegankelijk moeten zijn in alle aangepaste browsers en dergelijke. En dus ook voor zoekmachines, want een zoekmachine is redelijk vergelijkbaar met een blinde.
Eventuele problemen in schermlezers (en eventuele aanpassingen om die te voorkomen) staan iets hieronder bij Bekende problemen (en oplossingen).
Alleen op de hierboven genoemde systemen en browsers is getest. Er is dus niet getest op bijvoorbeeld 'n Blackberry. De kans is (heel erg) groot dat dit voorbeeld niet (volledig) werkt op niet-geteste systemen en apparaten. Om het wel (volledig) werkend te krijgen, zul je vaak (kleine) wijzigingen en/of (kleine) aanvullingen moeten aanbrengen, bijvoorbeeld met JavaScript.
Er is ook geen enkele garantie dat iets werkt in een andere tablet of smartphone dan hierboven genoemd, omdat fabrikanten in principe de software kunnen veranderen. Dit is anders dan op de desktop, waar browsers altijd (vrijwel) hetzelfde werken, zelfs op verschillende besturingssystemen. Iets wat in Android browser werkt, zal in de regel overal werken in die browser, maar een garantie is er niet. De enige garantie is het daadwerkelijk testen op een fysiek apparaat. En aangezien er duizenden mobiele apparaten zijn, is daar eigenlijk geen beginnen aan.
De html is gevalideerd met de validator van w3c, de css ook. Als om een of andere reden niet volledig gevalideerd kon worden, wordt dat bij Bekende problemen (en oplossingen) vermeld.
Nieuwe browsers worden pas getest, als ze uit het bèta-stadium zijn. Anders is er 'n redelijke kans dat je tegen 'n bug zit te vechten, die voor de uiteindelijke versie nog gerepareerd wordt. Dit voorbeeld is alleen getest in de hierboven met name genoemde browsers. Vragen over niet-geteste browsers kunnen niet worden beantwoord, en het melden van fouten in niet-geteste browsers heeft ook geen enkel nut. (Melden van fouten, problemen, enzovoort in wel geteste browsers: graag!)
Bekende problemen (en oplossingen)
Waarop en hoe is getest, kun je gelijk hierboven vinden bij Getest in.
Als je hieronder geen oplossing vindt voor een probleem dat met dit voorbeeld te maken heeft, kun je op het forum proberen een oplossing te vinden voor je probleem. Om forumspam te voorkomen, moet je je helaas wel registreren, voordat je op het forum een probleem kunt aankaarten.
Bij toegankelijkheid is er vaak geen goed onderscheid te maken tussen oplossing en probleem. Zonder (heel simpele) aanpassingen heb je vaak 'n probleem, en omgekeerd. Daarom staan bij toegankelijkheid aanpassingen en problemen bij elkaar.
Voor zover van toepassing wordt eerst het ontbreken van JavaScript, css en/of afbeeldingen besproken. Vervolgens problemen en aanpassingen met betrekking tot toegankelijkheid voor specifieke groepen bezoekers, zoals zoomen en andere lettergrootte, Tab-toets, tekstbrowsers en schermlezers. Als laatste volgen algemene problemen in alle of in specifieke browsers.
Als in een onderdeel één of meer problemen wordt besproken, staat in een rood kadertje een korte samenvatting daarvan. Bij een onderwerp over toegankelijkheid zijn er soms geen problemen, maar alleen aanpassingen. In dat geval staat in een groen kadertje 'Geen problemen'.
Zonder css
Geen problemen.
Zonder css staat alles gewoon op het scherm, maar het uiterlijk is – uiteraard – volkomen anders.
Schermlezers
Geen problemen.
Het gebruik van flexbox heeft geen enkel gevolg voor schermlezers.
(Flexbox kan de volgorde van weergave op het scherm veranderen. Dat kan wel verwarrend zijn, als dat niet zorgvuldig gebeurt. Maar in dit voorbeeld gebeurt dat niet.)
Zoomen en andere lettergrootte
Geen problemen.
Omdat bij gebruik van flexbox hoogte en dergelijke automatisch worden aangepast, leveren zoomen en een andere lettergrootte geen enkel probleem op.
De enkele oudere browsers die flexbox niet kennen, zetten de footer gewoon gelijk onder de rest van de pagina, dus ook daar is geen enkel probleem.
Sommige versies van Android browser, UC browser en Opera Mini op Android 4.1.2 en 4.4.2
Probleem: de footer wordt gelijk onder de rest van de pagina gezet.
Omdat fabrikanten aanpassingen maken aan Android, is niet precies te zeggen, voor welke versies dit geldt. In latere versies van Android speelt dit niet meer.
Deze browsers kennen flexbox niet en zetten daarom de footer gelijk onder de rest van de pagina. Omdat er geen tekst verdwijnt en de lay-out ook niet wordt verstoord, is dit geen echt ernstig probleem.
Enkele (versies van deze) browsers kennen een oudere vorm van flexbox, met een andere syntax. Deze is echter zo slecht en onvolledig geïmplementeerd, dat deze hier niet wordt gebruikt.
Je zou kunnen overwegen om met iets als @supports
te kijken, of de browser flexbox ondersteunt. Internet Explorer 11 echter ondersteunt flexbox wel, maar @supports
niet. Daardoor zou flexbox ook niet werken in Internet Explorer, dus dat is geen oplossing. (Internet Explorer 11 ondersteunt flexbox met een heel museum met de meest woeste bugs, maar in dit voorbeeld spelen die nauwelijks.)
Opera Mini op Android 4.1.2 tot en met Android 7
Probleem: de footer staat iets beneden het venster van de browser.
Android 7 is de meest recente versie waarin is getest. Omdat Opera Mini deze ongein al jarenlang volhoudt, speelt dit probleem waarschijnlijk ook in nieuwere versies nog. Over de hoogte was te vinden, maar over de breedte wordt al jarenlang geklaagd: daar speelt klaarblijkelijk hetzelfde probleem.
Opera Mini op Android gebruikt een verkeerde schermgrootte. Althans: de schermgrootte klopt, maar wordt gemeten, zonder rekening te houden met de menubalk en dergelijke van Opera Mini. Die menubalk en dergelijke nemen uiteraard ruimte in, dus als je van daaraf een volledig scherm naar beneden gaat, kom je beneden het browservenster uit. Waardoor een deel van de footer onder het venster verdwijnt.
Met scrollen is de footer wel gewoon naar boven te halen, maar het is uiterst onhandig.
Dit probleem speelt trouwens ook bij gebruik van iets simpels als height: 100%;
bij <html> en <body>, of bij gebruik van height: 100vh;
, dus het heeft niets met flexbox te maken. Dat is ook logisch, want als je de schermgrootte opvraagt met JavaScript of online op 'n site, wordt stomweg een verkeerde grootte gemeld.
Best knap dat Opera Mini zo'n redelijk simpel op te lossen bug al jaren in stand weet te houden. Althans: aangezien dit geen enkel voordeel maar wel nadelen heeft, lijkt het een bug. Omdat Opera zelf niet of nauwelijks reageert op het forum, is dit verder niet echt duidelijk. Mogelijk is dit volgens een of andere exotische geest bij Opera juist een feature en geen bug.
Wijzigingen
Alleen grotere wijzigingen worden hier vermeld, geen dingen als een link die is geüpdatet.
:
Nieuw opgenomen
23 oktober 2008:
Bij Bekende problemen (en oplossingen) tekst over Internet Explorer 7 toegevoegd.
7 april 2009:
-
In Achterliggend idee tekst over Internet Explorer 6 herschreven. In 'n kennelijk acute vlaag van verstandsverbijstering had ik beweerd dat Internet Explorer 6
max-height
interpreteert alsheight
, terwijl dit gewoon helemaal niet wordt herkend. Waarna 't hele verhaal dus wartaal werd. Bovendien ging 't niet ommax-height
, maar ommin-height
. -
Tekst aangepast aan de nieuw verschenen Internet Explorer 8. De code is niet veranderd.
18 oktober 2010:
- Hele serie kleinere veranderingen in tekst aangebracht, voornamelijk over toegankelijkheid.
color: black;
toegevoegd aan#footer
vanwege toegankelijkheid.
19 maart 2018:
- Alles voor Internet Explorer 10 en eerder verwijderd.
- Doctype veranderd naar html5.
- Tig kleinere wijzigingen in de tekst.
- Aantal nieuwe hoofdstukken, voornamelijk over toegankelijkheid.
- In plaats van een constructie met
position
het nieuwe flexbox gebruikt, waardoor de wrapper-<div> kon vervallen. - <div> voor bovenste deel van de pagina vervangen door <main>, <div> voor footer vervangen door <footer>.
Inhoud van de download en licenties
De inhoud van deze download kan vrij worden gebruikt, met drie beperkingen:
* Sommige onderdelen die van 'n andere site of zo afkomstig zijn, vallen mogelijk onder een of andere licentie. Dat is hieronder bij het betreffende onderdeel te vinden.
* Je gebruikt het materiaal uit deze download volledig op eigen risico. Het kan prima zijn dat er fouten in de hier verstrekte code en dergelijke zitten. Voor eventuele schade die door gebruik van materiaal uit deze download ontstaat, in welke vorm dan ook, zijn www.css-voorbeelden.nl en medewerkers daarvan op geen enkele manier verantwoordelijk.
* Dit voorbeeld (en de bijbehorende uitleg en dergelijke) wordt regelmatig bijgewerkt. Het is daarom niet toegestaan dit voorbeeld (en de bijbehorende uitleg en dergelijke) op welke manier dan ook te verspreiden, zonder daarbij duidelijk te vermelden dat voorbeeld, uitleg, en dergelijke afkomstig zijn van www.css-voorbeelden.nl en dat daar altijd de nieuwste versie is te vinden. Dit is om te voorkomen dat er verouderde versies worden verspreid.
Een link naar www.css-voorbeelden.nl wordt trouwens altijd op prijs gesteld.
positioneren-030-dl.html: de pagina met het voorbeeld.
positioneren-030.pdf: deze uitleg (aangepast aan de inhoud van de download).
positioneren-030-inhoud-download-en-licenties.txt: een kopie van de tekst onder dit kopje (Inhoud van de download en licenties).
030-css-dl:
positioneren-030-dl.css: stylesheet voor positioneren-030-dl.html.
HTML
De code is geschreven in een afwijkende
lettersoort. De code die te maken heeft met de basis van dit voorbeeld (essentiële code), is in de hele uitleg onderstippeld blauw
. Alle niet-essentiële code is bruin
. (In de inhoudsopgave staat alles in een gewone letter vanwege de leesbaarheid.)
In de html hieronder wordt alleen de html besproken, waarover iets meer is te vertellen. Een <h1> bijvoorbeeld wordt in de regel niet genoemd, omdat daarover weinig interessants valt te melden. (Als bijvoorbeeld het uiterlijk van de <h1> wordt aangepast met behulp van css, staat dat verderop bij de bespreking van de css.)
Zaken als een doctype
en charset
hebben soms wat voor veel mensen onbekende effecten, dus daarover wordt hieronder wel een en ander geschreven.
Deze uitleg hoort bij het voorbeeld dat in de download zit. Het voorbeeld uit de download verschilt iets van het voorbeeld hier op de site. In de download ontbreekt bijvoorbeeld de navigatie voor de site. Ook in de kopregels zit vaak wat verschil. Daarnaast kunnen er nog andere (meestal kleine) verschillen zijn.
Als je deze uitleg leest naast de broncode van het voorbeeld op de site, kan het dus bijvoorbeeld zijn dat 'n <h1> uit de css bij 'n <h2> uit de html hoort. Maar het gaat niet om hele grote, fundamentele afwijkingen.
Als je dit lastig vindt, kun je bovenaan de pagina de hele handel downloaden. In de download zit 'n voorbeeld dat wel naadloos aansluit op de uitleg in de download.
<!DOCTYPE html>
Een document moet met een doctype beginnen om weergaveverschillen tussen browsers te voorkomen. Zonder doctype is de kans op verschillende (en soms volkomen verkeerde) weergave tussen verschillende browsers heel erg groot.
Geldige doctypes vind je op www.w3.org/QA/2002/04/valid-dtd-list.
Gebruik het volledige doctype, inclusief de eventuele url, anders werkt het niet goed.
Het hier gebruikte doctype is dat van html5. Dit kan zonder enig probleem worden gebruikt: het werkt zelfs in Internet Explorer 6.
<html lang="nl">
De toevoeging lang="nl"
bij <html> geeft aan dat de pagina in het Nederlands is. De taal is van belang voor schermlezers, automatisch afbreken, automatisch genereren van aanhalingstekens, juist gebruik van decimale punt of komma, en dergelijke.
<meta charset="utf-8">
Zorgt dat de browser letters met accenten en dergelijke goed kan weergeven.
utf-8 is de beste charset (tekenset), omdat deze alle talen van de wereld (en nog heel veel andere extra tekens) bestrijkt, maar toch niet meer ruimte inneemt voor de code, dan nodig is. Als je utf-8 gebruikt, hoef je veel minder entiteiten (ä
en dergelijke) te gebruiken, maar kun je bijvoorbeeld gewoon ä gebruiken.
Deze regel moet zo hoog mogelijk komen te staan, als eerste regel binnen de <head>, omdat hij anders door sommige browsers niet wordt gelezen.
In html5 hoeft deze regel niet langer te zijn, dan wat hier staat.
<meta name="viewport" content="width=device-width, initial-scale=1">
Mobiele apparaten variëren enorm in grootte. En dat is een probleem. Sites waren, in ieder geval tot voor kort, gemaakt voor desktopbrowsers. En die hebben, in vergelijking met bijvoorbeeld een smartphone, heel brede browservensters. Hoe moet je op 'n smartphone een pagina weergeven, die is gemaakt voor de breedte van een desktop? Je kunt natuurlijk wachten tot álle sites zijn omgebouwd voor smartphones, tablets, enzovoort, maar dan moet je waarschijnlijk heel erg lang wachten.
Mobiele browsers gokken erop dat een pagina een bepaalde breedte heeft. Safari voor mobiel bijvoorbeeld gaat ervan uit dat een pagina 980 px breed is. De pagina wordt vervolgens zoveel versmald dat hij binnen het venster van het apparaat past. Op een iPhone wordt de pagina dus veel smaller dan op een iPad. Vervolgens kan de gebruiker inzoomen op het deel van de pagina dat hij of zij wil zien.
Dit betekent ook dat bij het openen van de pagina de tekst meestal heel erg klein wordt weergegeven. (Meestal, want niet alle browsers en apparaten doen het op dezelfde manier.) Niet erg fraai, maar bedenk maar 'ns 'n betere oplossing voor bestaande sites.
Nieuwe sites of pagina's kunnen echter wel rekening houden met de veel kleinere vensters van mobiele apparaten. Dit voorbeeld bijvoorbeeld wordt nooit breder dan het venster van de browser.
Maar die stomme mobiele browser weet dat niet, dus die gaat ervan uit dat ook deze pagina 980 px breed is, en verkleint die dan. Dat is ongeveer even behulpzaam als de gedienstige kelner die behulpzaam de stoel naar achteren trekt, net als jij wilt gaan zitten.
Om de door de browser aangeboden hulp vriendelijk maar beslist te weigeren, wordt deze tag gebruikt. Hiermee geef je aan dat de pagina is geoptimaliseerd voor mobiele apparaten.
Een iPad in portretstand bijvoorbeeld is 768 px breed. De kreet width=device-width
zegt tegen de mobiele browser dat de breedte van de weer te geven pagina gelijk is aan de breedte van het apparaat. Voor een iPad in portretstand dus 768 px.
Er staat nog een tweede deel in de tag: initial-scale=1
. Sommige mobiele apparaten zoomen een pagina gelijk in of uit. Ook weer in een poging behulpzaam te zijn. Ook dat is hier niet nodig. Er is ook een instructie om zoomen helemaal onmogelijk te maken, maar die gebruik ik niet. De bezoeker kan zelf nog gewoon zoomen, wat belangrijk is voor mensen die wat slechter zien.
<link rel="stylesheet" href="030-css-dl/tekst-030-dl.css">
Dit is een koppeling naar een externe stylesheet (stijlbestand), waarin de css staat. In html5 is de toevoeging type="text/css"
niet meer nodig, omdat dit standaard al zo staat ingesteld. Je moet uiteraard de naam van en het pad naar de stylesheet aanpassen aan de naam en plaats, waar je eigen stylesheet staat.
Voordeel van een externe stylesheet is onder andere dat deze geldig is voor alle pagina's, waaraan deze is gelinkt. 'n Verandering in de lay-out hoef je dan maar in één enkele stylesheet aan te brengen, in plaats van in elke pagina apart. Op een grotere site kan dit ontzettend veel werk schelen. Bovendien hoeft de browser zo'n externe stylesheet maar één keer te downloaden, ongeacht hoeveel pagina's er gebruik van maken. Zou je de css in elke pagina opnieuw aanbrengen, dan worden de te downloaden bestanden veel groter.
In dit voorbeeld heeft een extern stylesheet eigenlijk geen nut, omdat er maar één pagina is die dit stylesheet gebruikt. In dit geval kun je de css beter in de <head> van de html-pagina zelf zetten. Voor de omvang maakt het hier niets uit, want de css wordt hoe dan ook altijd precies één keer gedownload, en nooit vaker. Voor het onderhoud maakt het ook geen verschil, want ook hier hoef je de css maar op één plaats te wijzigen. Maar het scheelt wel een extra aanroep naar de server, omdat geen apart stylesheet hoeft te worden gedownload.
Dat opnemen in de <head> gaat heel simpel: je kopieert gewoon het hele stylesheet en zet die bovenin de <head>, tussen <style> en </style>:
<style>
body {color: black;}
(...) rest van de css (...)
div {color: red;}
</style>
Maar zodra een stylesheet op meerdere pagina's wordt gebruikt, wat meestal het geval zal zijn, is een extern stylesheet beter.
(De reden dat er toch een extern stylesheet is, terwijl hierboven omstandig wordt beweerd dat dat in dit voorbeeld eigenlijk geen nut heeft: overzichtelijkheid. Nu kun je html en css los van elkaar bekijken.)
<p lang="la">
Als opvultekst is Latijnse tekst gebruikt. De taal is van belang voor schermlezers, automatisch afbreken, automatisch genereren van aanhalingstekens, juist gebruik van decimale punt of komma, en dergelijke. Daarom wordt met lang="la"
aangegeven dat de tekst binnen deze <div> Latijn is. (En tot mijn niet geringe verbazing blijkt een schermlezer als NVDA dat dan, voor zover ik dat kan beoordelen, op de juiste manier voor te lezen.)
CSS
De code is geschreven in een afwijkende
lettersoort. De code die te maken heeft met de basis van dit voorbeeld (essentiële code) is in de hele uitleg onderstippeld blauw
. Alle niet-essentiële code is bruin
. (In de inhoudsopgave staat alles in een gewone letter vanwege de leesbaarheid.)
Deze uitleg hoort bij het voorbeeld dat in de download zit. Het voorbeeld uit de download verschilt iets van het voorbeeld hier op de site. In de download ontbreekt bijvoorbeeld de navigatie voor de site. Ook in de kopregels zit vaak wat verschil. Daarnaast kunnen er nog andere (meestal kleine) verschillen zijn.
Als je deze uitleg leest naast de broncode van het voorbeeld op de site, kan het dus bijvoorbeeld zijn dat 'n <h1> uit de css bij 'n <h2> uit de html hoort. Maar het gaat niet om hele grote, fundamentele afwijkingen.
Als je dit lastig vindt, kun je bovenaan de pagina de hele handel downloaden. In de download zit 'n voorbeeld dat wel naadloos aansluit op de uitleg in de download.
Technisch gezien is er geen enkel bezwaar om de css in de stylesheet allemaal achter elkaar op één regel te zetten:
div#header-buiten {position: absolute; right: 16px; width: 100%; height: 120px; background: yellow;} div p {margin-left 16px; height: 120px; text-align: center;}
Maar als je dat doet, garandeer ik je hele grote problemen, omdat het volstrekt onoverzichtelijk is. Beter is het om de css netjes in te laten springen:
div#header-buiten {
position: absolute;
right: 16px;
width: 100%;
height: 120px;
background: yellow;
}
div p {
margin-left: 16px;
height: 120px;
text-align: center;
}
Hiernaast is het heel belangrijk voldoende commentaar (uitleg) in de stylesheet te schrijven. Op dit moment weet je waarschijnlijk (hopelijk...), waarom je iets doet. Maar over vijf jaar kan dat volstrekt onduidelijk zijn. Op deze site vind je nauwelijks commentaar in de stylesheets, maar dat heeft een simpele reden: deze uitleg is in feite één groot commentaar.
Op internet zelf is het goed, als de stylesheet juist zo klein mogelijk is. Dus voor het uploaden kun je normaal genomen het beste het commentaar weer verwijderen. Veel mensen halen zelfs alles wat overbodig is weg, voordat ze de stylesheet uploaden. Inspringingen bijvoorbeeld zijn voor mensen handig, een computer heeft ze niet nodig.
Je hebt dan eigenlijk twee stylesheets. De uitgebreide versie waarin je dingen uitprobeert, verandert, enzovoort, met commentaar, inspringingen, en dergelijke. Dat is de mensvriendelijke versie. Daarnaast is er dan een stylesheet die je op de echte site gebruikt: een gecomprimeerde versie.
Dat comprimeren kun je met de hand doen, maar er bestaan ook hulpmiddelen voor. Op de pagina met links kun je onder het kopje Gereedschap → Snelheid, testen, gzip, comprimeren (inclusief theorie) links naar sites vinden, waar je bestanden kunt comprimeren.
(Stylesheets op deze site zijn niet gecomprimeerd. Omdat het vaak juist om de css gaat, kunnen mensen dan zonder al te veel moeite de css bekijken.)
/* positioneren-030-dl.css */
Om vergissingen te voorkomen is het een goede gewoonte bovenaan het stijlbestand even de naam neer te zetten. Voor je het weet, zit je anders in het verkeerde bestand te werken.
html
Het buitenste element, waarbinnen de hele pagina staat.
Normaal genomen zul je dit met een id gebruiken, omdat de css anders voor álle pagina's geldt, want elke pagina heeft nou eenmaal <html>. Dat werkt precies hetzelfde als een id bij andere tags:
<html id="ik-ben-een-id">
In de css komt dan te staan:
#ik-ben-een-id {...} of html#ik-ben-een-id {...}
Op de site bijvoorbeeld is dit opgelost door het gebruik van:
<html lang="nl" id="h-030">
height: 100%;
Normaal genomen wordt <html> niet hoger dan nodig is om de pagina weer te kunnen geven. Hier moet <html> even hoog als het venster van de browser worden, omdat anders de footer niet onderaan het venster kan worden neergezet.
Een hoogte in procenten geldt normaal genomen ten opzichte van de ouder van het element. Omdat <html> het buitenste element is, geldt de 100% ten opzichte van het venster van de browser. <html> wordt dus altijd even hoog als het venster, ongeacht de hoogte van het venster.
Je zou mogelijk denken dat je hier beter min-height: 100%;
kunt gebruiken, maar min-height
met een percentage werkt niet bij <html>.
Omdat <html> nu de volle hoogte van het browservenster vult, kunnen nakomelingen van <html> daar ook gebruik van maken.
body
Het element waarbinnen de hele pagina staat. Veel instellingen die hier worden opgegeven, worden geërfd door de nakomelingen van <body>. Ze gelden voor de hele pagina, tenzij ze later worden gewijzigd. Dit geldt bijvoorbeeld voor de lettersoort, de lettergrootte en de voorgrondkleur.
Sommige eigenschappen, zoals font-family
en padding
, die hieronder bij <body> worden gebruikt, zullen geen probleem zijn, als ze op alle pagina's van een site worden gebruikt. Maar voor een eigenschap als margin: 0 auto;
kan het wel een probleem zijn, als die op elke pagina wordt gebruikt. Als alleen body
als selector wordt gebruikt, geldt die selector voor élke pagina.
Normaal genomen zul je daarom, als je een ietwat bijzondere eigenschap bij <body> gebruikt, <body> met een id gebruiken, omdat de css anders voor álle pagina's geldt, want elke pagina heeft nou eenmaal <body>. Dat werkt precies hetzelfde als een id bij andere tags:
<body id="ik-ben-een-id">
In de css komt dan te staan:
#ik-ben-een-id {...} of body#ik-ben-een-id {...}
Op de site bijvoorbeeld is dit opgelost door het gebruik van:
<body id="b-030">
background: #ff9;
Achtergrondkleurtje.
color: black;
Voorgrondkleur zwart. Dit is onder andere de kleur van de tekst.
Hoewel dit de standaardkleur is, wordt deze toch specifiek opgegeven. Hierboven is een achtergrondkleur opgegeven. Sommige mensen hebben zelf de voorgrond‑ en/of achtergrondkleur veranderd, bijvoorbeeld omdat ze slecht kleuren kunnen onderscheiden. Als nu de achtergrondkleur wordt veranderd, maar niet de voorgrondkleur, loop je het risico dat tekstkleur en achtergrondkleur te veel op elkaar gaan lijken.
Door beide op te geven, is redelijk zeker dat achtergrond- en tekstkleur genoeg van elkaar blijven verschillen. Als de gebruiker !important
heeft gebruikt in een eigen stylesheet, is er nog niets aan de hand, want dan veranderen achtergrond- en voorgrondkleur geen van beide.
display: flex;
Hiermee wordt <body> in een zogenaamde 'flex container' veranderd. Dit maakt het veel makkelijker om de directe kinderen van dit element, de 'flex items', op een bepaalde plaats neer te zetten.
De directe kinderen van <body> zijn hier <main> en <footer>. Deze hebben beide <body> als ouder en veranderen daardoor in flex items. Omdat <main> en <footer> flex items zijn, is het dodelijk simpel om <footer> altijd onderaan het venster van de browser (of lager) te zetten, en <main> altijd de rest van de hoogte van het browservenster te laten vullen.
flex-direction: column;
Met deze eigenschap wordt de richting van de hoofdas (in het Engels: 'main axis') aangegeven. Standaard heeft flex-direction
de waarde 'row': horizontaal, waardoor de flex items naast elkaar komen te staan: op één regel. Hier moeten de flex items niet naast, maar onder elkaar komen te staan, in een kolom.
Bij een aantal eigenschappen die worden gebruikt bij de flex items, is de richting van de hoofdas van belang. Omdat deze hier verticaal is (de flex container is een kolom), is de richting van bijvoorbeeld flex-basis
ook verticaal en bepaalt de hoogte van de flex items. Zou hier flex-direction: row;
hebben gestaan, dan zou de flex container een regel zijn en zou flex-basis
de breedte van de flex items bepalen.
Het is even wennen, maar juist dit soort dingen maakt flexbox zo flexibel.
height: 100%;
Een hoogte in procenten geldt normaal genomen ten opzichte van de ouder van het element. De ouder van <body> is <html>, die bij html even hoog is gemaakt als het venster van de browser. Hierdoor is ook <body> even hoog als het venster. En omdat <body> hierboven met display: flex;
is veranderd in een flex container, kunnen de kinderen van <body> met behulp van bepaalde eigenschappen heel eenvoudig ook gebruik maken van deze hoogte.
Normaal genomen zou je hier min-height: 100%;
gebruiken. <body> moet minimaal even hoog zijn als het venster van de browser, maar mag wel hoger worden, als de pagina te hoog is voor het venster. Dit kan echter niet, omdat Internet Explorer 11 door een bug min-height
bij een flex container negeert. Daardoor zou <body> niet hoger worden dan nodig is, en zou de footer bij weinig inhoud niet onderaan het venster komen te staan, maar gelijk onder de rest van de pagina.
Het maakt hier verder weinig uit, want standaard wordt <body> automatisch groot genoeg om alle inhoud weer te geven, ook als de hoogte is vastgezet op 100%. Afhankelijk van de browser verschijnen er ook gewoon scrolbalken.
max-width: 1000px;
<body> is een blok-element en wordt daarom normaal genomen automatisch even breed als z'n ouder <html>. Omdat <html> het buitenste element is, wordt dat normaal genomen automatisch even breed als het venster van de browser.
In brede browservensters zou <body> hierdoor heel breed kunnen worden. daarom wordt de breedte beperkt tot maximaal 1000 px.
font-family: Arial, Helvetica, sans-serif;
Als Arial is geïnstalleerd op de machine van de bezoeker, wordt deze gebruikt, anders Helvetica. Als die ook niet wordt gevonden, wordt in ieder geval een schreefloze letter (zonder dwarsstreepjes) gebruikt.
margin: 0 auto; padding: 0;
Verschillende browsers hebben standaard een verschillende marge en padding bij <body>. Door de marge en padding zelf op te geven, wordt dit overal hetzelfde.
De padding wordt gewoon aan alle kanten weggehaald.
Omdat bij marge voor onder en links geen waarden zijn opgegeven, krijgen onder en links dezelfde waarde als boven en rechts. Hier staat dus eigenlijk 0 auto 0 auto
in de volgorde boven – rechts – onder – links.
Boven en onder geen marge. Links en rechts auto
, wat hier hetzelfde betekent als evenveel. <body> staat hierdoor altijd horizontaal gecentreerd binnen z'n ouder <html>. En omdat <html> het buitenste element is en daarom normaal genomen even breed als het venster van de browser, staat <body> altijd horizontaal gecentreerd binnen het venster. En daarmee de hele pagina.
(Je ziet hier uiteraard alleen wat van in browservensters die breder zijn dan 1000 px, want tot die breedte mag <body> vanwege de iets hierboven opgegeven maximumbreedte het hele venster vullen.)
main
Alle <main>'s. Er is maar één <main> met daarin de belangrijkste inhoud van de pagina. Die 'belangrijkste inhoud' bestaat hier uit de titel 'Inhoud', met daaronder een paragraaf met Latijnse flauwekultekst.
background: white;
Witte achtergrond.
color: black;
Voorgrondkleur zwart. Dit is onder andere de kleur van de tekst.
Hoewel dit de standaardkleur is, wordt deze toch specifiek opgegeven. Hierboven is een achtergrondkleur opgegeven. Sommige mensen hebben zelf de voorgrond‑ en/of achtergrondkleur veranderd, bijvoorbeeld omdat ze slecht kleuren kunnen onderscheiden. Als nu de achtergrondkleur wordt veranderd, maar niet de voorgrondkleur, loop je het risico dat tekstkleur en achtergrondkleur te veel op elkaar gaan lijken.
Door beide op te geven, is redelijk zeker dat achtergrond- en tekstkleur genoeg van elkaar blijven verschillen. Als de gebruiker !important
heeft gebruikt in een eigen stylesheet, is er nog niets aan de hand, want dan veranderen achtergrond- en voorgrondkleur geen van beide.
Dit is ook al bij <body> opgegeven, maar sommige mensen hebben bij álle elementen de kleuren veranderd. Het heeft immers weinig zin, als ze dat alleen bij de body doen, terwijl de sitebouwer de kleuren ook bij bijvoorbeeld de paragrafen heeft aangepast.
display: block;
Oudere browsers kennen <main> niet. Een onbekend element is standaard een inline-element. Daarom wordt hier specifiek opgegeven dat <main> een blok-element is.
flex: 1 0 auto;
<main> is een kind van <body>, die bij body met display: flex;
in een flex container is veranderd. Hierdoor zijn de kinderen van <body>, dat zijn hier alleen <main> en <footer>, veranderd in flex items.
flex
is één van de eigenschappen die bij flexbox horen, waarmee de verdeling van de flex items binnen de flex container wordt geregeld. Feitelijk is flex
niet één eigenschap, maar is het een zogenaamde 'shorthand' voor drie afzonderlijke eigenschappen: flex-grow
, flex-shrink
en flex-basis
. De eerste waarde achter flex
hoort bij flex-grow
, de tweede waarde bij flex-shrink
en de derde bij flex-basis
.
(Een bekendere shorthand is border
, waarmee je in één keer border-top-width
, border-top-color
, border-top-style
en nog negen andere border
-eigenschappen kunt opgeven.)
Als je het hier gebruikte flex: 1 0 auto;
zou vervangen door flex-grow: 1; flex-shrink: 0; flex-basis: auto;
, zou dat precies hetzelfde resultaat opleveren.
De eigenschap flex
wordt opgeven voor de flex items, de kinderen van de flex container. Omdat flex
de verdeling van de ruimte binnen de flex container regelt, moet je flex
bij alle kinderen bekijken. Als aan het ene flex item meer ruimte wordt gegeven, betekent dat automatisch dat één of meer andere flex items minder ruimte krijgen. En omgekeerd.
Hierboven is voor <main> flex: 1 0 auto;
opgegeven.
Iets lager wordt bij footer flex
niet expliciet opgegeven. Maar omdat ook <footer> een flex item is, wordt in dat geval de standaardwaarde flex: 0 1 auto;
gebruikt.
(Als je in in Firefox in het ontwikkelgereedschap kiest voor Inspector en <footer> selecteert, zie je rechts onder Berekend inderdaad de eigenschappen flex-grow
, flex-shrink
en flex-basis staan
, die samen de shorthand flex
vormen. In andere browsers is dit op vergelijkbare manier zichtbaar te maken.)
Om flex
te begrijpen, kun je het het best weer opsplitsen in de drie afzonderlijke eigenschappen flex-grow
, flex-shrink
en flex-basis
.
flex-grow
: de eerste waarde achter flex
hoort bij flex-grow
en regelt de eventuele groei ('grow') van de flex items.
In principe wordt elk flex item groot genoeg om de inhoud ervan weer te geven. Dat is hier bij <main> en <footer> bij allebei een titel en een paragraaf Latijnse opvultekst. Omdat flex container <body> bij body even hoog als het browservenster is gemaakt, vullen <main> en <footer> in iets grotere vensters bij lange na niet het hele venster.
Als de eerste waarde achter flex
, die bij flex-grow
hoort, 0 zou zijn, zouden <main> en <footer> niet groter worden dan nodig is om de inhoud ervan weer te kunnen geven. flex container <body> is nog steeds even hoog als het venster van de browser, maar daar zie je niets van, omdat <body> onzichtbaar is.
Op de afbeelding is de eerste waarde achter flex
, die voor flex-grow
, bij <main> en <footer> veranderd in 0. <main> en <footer> zijn nu niet hoger, dan nodig is om de inhoud ervan weer te geven. Om de grootte van <body>, de flex container, zichtbaar te maken, heeft <body> op de afbeelding een gestippelde border gekregen. Die border, en dus <body>, loopt inderdaad door tot de onderkant van het venster van de browser.
flex-grow
regelt de groei van de flex items, als er ruimte over is binnen de flex container. Zoals op de afbeelding duidelijk is te zien, is er (in een iets groter browservenster) nogal wat ruimte over onder <footer>. De waarden bij flex-grow
regelen de verdeling van die overgebleven ruimte tussen de flex items. Die waarde is een getal. Dat mag ook een decimaal getal zijn, als het maar 'n gewoon getal is, zonder eenheid en dergelijke erachter.
flex-grow
regelt de verdeling van de vrije ruimte, de overgebleven ruimte binnen de flex container. Als er geen vrije ruimte is, als <main> en <footer> de hele flex container vullen, is er geen vrije ruimte over en heeft flex-grow
geen enkel effect. In kleinere browservensters merk je dan ook niets van flex-grow
.
Er is ook geen enkel effect als <main> en <footer> samen hoger zijn dan het venster van de browser, want flex container <body> is even hoog als dat venster. Ook dan is er dus geen vrije ruimte over om te verdelen. In dit geval schuift de footer gewoon omlaag en kan de pagina worden gescrold.
Bij footer wordt niets opgegeven voor flex
of flex-grow
, waardoor <footer> de standaardwaarde 0 krijgt voor flex-grow
. Dat wil zeggen dat <footer> helemaal niets krijgt van de overblijvende ruimte.
Bij <main> is de waarde voor flex-grow
1. Omdat <footer> niet groeit en er verder geen andere flex items zijn, krijgt <main> hierdoor alle overblijvende ruimte in <body>. Waardoor <footer> naar de onderkant van flex container <body> wordt gedrukt, oftewel: naar de onderkant van het venster van de browser, want <body> is even hoog als dat venster.
Als <footer> bij flex-grow
1 had staan, en <main> 2, dan zou <footer> een derde van de vrije ruimte krijgen, en <header> twee derde. Als bij <footer> 2 had gestaan, en bij <main> 5, dan zou <footer> twee zevende van de vrije ruimte krijgen, en <main> vijf zevende.
Door als eerste waarde achter flex
, de waarde die bij flex-grow
hoort, bij <main> 1 en bij <footer> 0 op te geven, gaat alle overgebleven vrije ruimte – als die er is – naar <main>.
flex-shrink
: de tweede waarde achter flex
hoort bij flex-shrink
. Deze eigenschap regelt het eventuele krimpen ('shrink') van flex items, als er te weinig ruimte in de flex container is. Maar een flex item mag nooit zo klein worden, dat de inhoud ervan er niet meer in past.
Krimpen kan alleen, als er lege ruimte in het flex item is. Als je bijvoorbeeld in dit voorbeeld aan <footer> een hoogte van 600 px zou geven, is er onder de Latijnse tekst nog ruimte vrij en kan <footer> dus krimpen.
In dit voorbeeld hebben de flex items <main> en <footer> geen hoogte. Dat <main> zo hoog is, komt alleen omdat <main> alle overblijvende ruimte binnen flex container <body> mag gebruiken, zoals hierboven bij flex-grow
is beschreven. Omdat er niets te krimpen is bij <main>, wordt de tweede waarde bij flex
, de waarde voor flex-shrink
, 0: niet krimpen.
Bij footer is voor flex
of flex-shrink
niets opgegeven, waardoor flex-shrink
de standaardwaarde 1 krijgt.
Bij krimpen werkt de verdeling hetzelfde als bij flex-grow
. Omdat bij <main> 0 staat en bij <footer> 1, zou alleen <footer> krimpen. Dat wil zeggen: als er iets te krimpen zou zijn. Omdat <footer> geen hoogte heeft, is het niet hoger dan nodig is om de inhoud ervan weer te geven. En kleiner dan dat mag een flex item nooit krimpen.
Maar als je <footer> een hoogte zou geven, waardoor er ruimte overblijft in <footer>, en <main> en <footer> zouden niet binnen hun flex container <body> passen, dan zou <footer> krimpen.
flex-basis
: de derde waarde achter flex
, hoort bij flex-basis
. Dit is de originele grootte van het flex item, voordat deze eventueel wordt aangepast door eigenschappen als flex-grow
of flex-shrink
.
Omdat bij body flex-direction: column;
is opgegeven, worden de flex items onder elkaar gezet: als in een kolom. Hierdoor bepaalt flex-basis
de hoogte van de flex items. (Als flex-direction: row;
zou zijn opgegeven, zouden de flex items naast elkaar staan en zou flex-basis
de breedte van de flex items bepalen.)
Als waarde is bij <main> opgegeven 'auto'. Bij footer is voor flex
of flex-basis
niets opgegeven, waardoor flex-basis
de standaardwaarde 'auto' krijgt.
Beide hebben dus de waarde 'auto'. In dat geval wordt gewoon op de standaardwaarde teruggevallen: niet hoger dan nodig is om de inhoud van <main> en <footer> weer te geven. (Waarna flex-grow
, de eerste waarde achter flex
, vervolgens zorgt dat <main> alle overgebleven ruimte gebruikt.)
flex
kent ook nog de waarden 'initial' en 'inherit'. Ook zijn er nog wat sleutelwoorden voor veel gebruikte waarden. Deze worden hier verder niet beschreven. Op de pagina met links staan onder CSS → Flexbox links naar sites met meer informatie. Onder CSS → Online uitproberen, code genereren, en dergelijke staan links naar sites, waar je online kunt spelen met flexbox. Dat is een uitstekende manier om flexbox in je vingers te krijgen.
text-align: center;
Tekst horizontaal centreren.
border: black solid;
Zwart randje. De breedte wordt gelijk hieronder opgegeven.
border-width: 0 1px;
Kleur en stijl zijn gelijk hierboven al opgegeven.
Omdat voor onder en links geen waarde is opgegeven, krijgen deze automatisch dezelfde waarde als boven en rechts. Hier staat dus eigenlijk 0 1px 0 1px
in de volgorde boven – rechts – onder – links.
Links en rechts een border, boven en onder niet. Aan de bovenkant is een border niet mooi, omdat die als 'n soort puist tegen de buitenkant van de browser komt te staan. Aan de onderkant heeft <footer> al een border aan de bovenkant, waardoor er twee borders tegen elkaar aan zouden komen te staan, die samen 2 px breed zouden zijn.
padding: 10px;
Wat ruimte tussen buitenkant van en inhoud in <main>.
h1
Alle <h1>'s. Dat is er maar eentje: de belangrijkste kop.
font-size: 1.6em;
Een <h1> heeft een wel heel enthousiaste lettergrootte. Die wordt hier iets kleiner gemaakt.
Als eenheid wordt de relatieve eenheid em
gebruikt, omdat bij gebruik van een absolute eenheid zoals px
niet alle browsers de lettergrootte kunnen veranderen. Zoomen kan wel altijd, ongeacht welke eenheid voor de lettergrootte wordt gebruikt.